Wat we paarden aandoen, zou in een dierentuin verboden zijn
- Marianne van Dijk
- 3 jun
- 4 minuten om te lezen
In dierentuinen zijn er strikte regels over hoe dieren gehuisvest moeten worden. Maar wat als we diezelfde normen zouden toepassen op paarden in maneges, sportstallen en pensionstallen?

Stel je voor: je wandelt door een dierentuin. In plaats van ruime verblijven zie je rijen hokken. Elk dier zit alleen. Een olifant die zich nauwelijks kan bewegen of uitstrekken. Een aap zonder klimrek. Een zebra zonder soortgenoten. Ze kunnen net hun kont keren en dat is het. Geen beweging, geen afleiding, geen leven. Je zou verontwaardigd zijn en je zou je omdraaien en zeggen: "dit is dierenmishandeling."
Maar wat als we je vertellen dat dit precies is wat duizenden paarden dagelijks overkomt, zonder dat iemand het ziet? Sterker nog: we noemen het vaak 'goed' of 'verantwoord paarden houden'. Wat voor veel mensen normaal voelt, heeft niets te maken met wat een paard werkelijk nodig heeft.
Wie een dierentuin bezoekt, verwacht dat de dieren het goed hebben. Er zijn voorschriften over de grootte van het verblijf, sociaal contact, verrijking, klimaatbeheersing, monitoring, en toezicht. Een giraf mag niet alleen staan. Een beer moet kunnen klimmen. Een aap mag niet zonder uitdaging leven. En terecht. Maar paarden? Die mogen in Nederland onbeperkt in een stal staan, zonder enige wettelijke verplichting tot vrije beweging of sociaal contact. En dat is legaal, sterker nog, het is normaal.
De dubbele moraal van dierenwelzijn
Grappig genoeg zullen sommigen wijzen op de Oostvaardersplassen als hƩt voorbeeld van hoe het niet moet met paarden. Maar wat velen vergeten: ondanks de schrijnende beelden van voedseltekort en sterfte in strenge winters, hadden deze paarden wƩl toegang tot ruimte, soortgenoten, beweging, frisse lucht en natuurlijk gedrag. Basisbehoeften die duizenden paarden in boxen nooit zullen ervaren.
Dat maakt de situatie daar niet per definitie goed, geen enkele dierentuin zou het zo inrichten. Maar het wrange is dat juist voor deze paarden massale verontwaardiging ontstond, terwijl het stille, dagelijkse tekortschieten van welzijn bij gebruikspaarden nauwelijks iemand raakt. Het lijkt erop dat zichtbaar lijden meer mededogen oproept dan een leven lang opgesloten zijn zonder ooit echt geleefd te hebben.

Waarom vinden we het vanzelfsprekend dat een paard in een natuurpark of educatieve dierentuin ruimte, kuddecontact en rust moet hebben, maar accepteren we dat duizenden paarden in sport en recreatie opgesloten staan in individuele boxen, vaak zonder uitzicht, zonder weidegang, zonder sociaal leven? In feite zijn alle paarden vluchtdieren, sociale dieren, wezens met subtiele communicatie en diepe behoefte aan veiligheid en overzicht. Maar er lijkt een onderscheid te zijn ontstaan tussen 'natuurlijke' paarden (zoals Przewalskipaarden in dierentuinen) en 'gebruikspaarden'. Alleen... ze zijn biologisch hetzelfde.
Ze worden gebruikt en dus vallen ze tussen wal en schip. Niet wild genoeg voor natuurbescherming, niet kwetsbaar genoeg voor toezicht, maar net gedomesticeerd genoeg om alles toe te staan zolang ze niet 'zichtbaar' lijden.
Dierentuinen: toezicht, sancties, verplichtingen
Dierentuinen staan onder streng toezicht van de NVWA. Ze hebben te maken met Europese richtlijnen en moeten huisvesting per diersoort afstemmen op gedrag en fysiologie. Niet voldoen = boete, dwangsom of sluiting.
Bij paarden is er geen enkele concrete wettelijke norm voor minimale ruimte, daglicht, sociaal contact of vrije beweging. De "Gids voor Goede Praktijken" van de sector is niet bindend, maar vergeleken met de eisen die dierentuinen opgelegd krijgen, bijna lachwekkend. Handhaving gebeurt pas bij verwaarlozing en in de praktijk betekent dat vaak: als het dier al dood is, of op het randje van sterven staat. Maar wat als welzijn tekortschiet, zonder dat het zichtbaar lijden is? Veel mensen zien het lijden van paarden niet, simpelweg omdat ze niet weten waar ze op moeten letten. Een paard dat stil staat is voor velen rustig, niet depressief. Een paard schreeuwt niet als het pijn heeft, het draagt in stilte, past zich aan, sluit zich af. Onzichtbaar leed blijft onopgemerkt, en dus onbesproken.

Een paard in de dierentuin heeft het vaak beter
Er zijn in Nederlandse dierentuinen Przewalskipaarden te zien: wilde voorouders van onze paarden. Ze leven daar in kuddes, in ruime natuurlijke verblijven, met observatie, rust, voeding en schuilplekken. Precies dat wat honderden sportpaarden, manegepaarden of recreatiepaarden dagelijks moeten missen en nooit zullen ervaren.
Het verschil? Context. Status. En een systeem dat geen regels kent voor paarden die niet meer wild zijn, maar ook nooit echt huisdier werden.
Tijd voor wetgeving op basis van gedrag en behoeften
Wat veel mensen niet weten, is dat zelfs de minimale afmeting van een paardenstal niet wettelijk vastligt. De vaak aangehaalde richtlijn zegt dat een stal minimaal tweemaal de stokmaat in het kwadraat moet zijn. Voor een paard van 1,70 meter komt dat neer op 3,40 bij 3,40 meter ā nodig om languit te kunnen liggen en in diepe REM-slaap te komen, iets wat van levensbelang is voor herstel en welzijn. Toch staan veel paarden nog steeds in standaardboxen van 3 bij 3 meter. Te klein. Onvoldoende. Dag in, dag uit.
Het wordt nog schrijnender wanneer paardeneigenaren het 'zielig' vinden als hun paard buiten staat tussen soortgenoten. Voor hun eigen gevoel van veiligheid sluiten ze het dier liever op, alleen, zonder beweging, zonder contact. Liefde als excuus voor opsluiting.
Als we echt zouden kijken naar wat een paard nodig heeft; sociaal, mentaal en fysiek dan zouden veel huisvestingsvormen vandaag niet meer door de beugel kunnen en zelfs worden gezien als dierenmishandeling.
Paarden verdienen dezelfde uitgangspunten als andere hoefdieren in dierentuinen: leefomgeving aangepast aan het dier, niet aan de mens.
Geen tralies, maar ruimte met eigen ritme. Geen eenzaamheid, maar soortgenoten. Geen gebruik als norm, maar welzijn als basis. De dierentuin heeft het al geregeld, nu de paardenhouderij nog.
Tot slot: durf te kijken alsof het niet jouw paard is
Stel je eens voor: je loopt langs een rij paarden in een manege. Elk in een hok, geen beweging, geen contact, geen afleiding, geen keuzevrijheid. Alleen wachten en stil staan. Dag in, dag uit.

Zou je het normaal vinden als dit giraffen waren? Of Przewalskipaarden? Of olifanten in kleine hokken naast elkaar?
En toch: dit is hoe duizenden paarden dagelijks leven in Nederland. Niet vanwege slechtheid, maar omdat het systeem zo gegroeid is. Maar systemen zijn gemaakt door mensen en mensen kunnen ze veranderen.
De vraag is niet of we van paarden houden, dat doen velen. De vraag is:
Durven we Ʃcht te kijken naar wat ze nodig hebben, ook als dat iets vraagt van ons?

Comments